goed

Ik weet niet wat ik schrijven moet. Mijn mond is droog, mijn tong is op. Misschien is het wel goed zo, moet ik rondjes blijven draaien, monologen produceren waar ik misschien wel wat van leer. Net zolang tot er iets komt, een verhaal of een gedicht – zal ik zwichten voor mijn woorden, uit evenwicht raken, even stoppen en me dan herpakken. Zak ik dieper weg, dan is er wel weer een verlossende zin, schrijf ik opnieuw, terwijl mijn hoofd blijft malen, maai ik het gras onder mijn voeten vandaan. Beginnen we weer van voren af – aan gaat het licht en is alles precies zoals het zijn moet. Hoe gaat het met je? Vraag je, ongelogen zeg ik “goed”.

nacht

Moeten we wachten tot de nacht verdwijnt, schuilen voor de regen? Of meehuilen met de sterren en onze tranen wegvegen zodra de zon weer schijnt, wie zal het zeggen?

Moeten we alles maar verdragen, terwijl de vragen zich opstapelen en dan toch steeds verdergaan, onze moed bijeenrapen, maar blijven hopen op een einde dat nooit komt – blijven draaien om de zon en om elkaar, zelfs als het zwaar of misschien zelfs wel niet waard is. Heeft het zin te blijven vechten?

Lees Verder

leven

Ik word moe van al dat denken, al dat willen. Ik wil weg van mezelf, van het verlangen naar kennis, naar geluk, naar leven in al zijn volheid, want mijn gedachten falen nergens vind ik rust.

Lees Verder

klein

Maak ik je te klein, pas je zometeen alleen nog maar in mijn hand, laat ik je benen bungelen over de rand, knijp ik je per ongeluk fijn.

Lees Verder

opgebroken

het breekt me op het aldoor zoeken naar betekenis het verwachten vergelijken ik wil het niet meer stop. met denken stop. met praten ik wil vrij zijn van gedachten die me opvreten van binnen ik wil. opnieuw beginnen roepen naar de overkant dat het gras toch niet zo groen is maar de bloemen al die bloemen ja daar mag je van genieten.

Lees Verder